1. Wat is het?
De ziekte van Bowen is een langzaam groeiend vroeg stadium van huidkanker (type plaveiselcelcarcinoom) die gepaard gaat met chronische ontstekingskenmerken (roodheid, schilfering en soms jeuk). De aandoening komt voornamelijk voor bij ouderen. " Bowen" is de naam van de arts die de aandoening in 1912 heeft bestudeerd. Wanneer de ziekte van Bowen voorkomt aan de penis wordt deze de "erytroplasie van Queyrat" genoemd.
Hoe ontstaat het?
De ziekte van Bowen kan zowel op zonblootgestelde delen als op niet aan zon blootgestelde delen en zelfs op slijmvliezen (geslachtsdelen) voorkomen. Behalve (langdurige) blootstelling aan ultraviolette (UV-)straling, moeten dus ook andere factoren een rol spelen bij het ontstaan van deze huidkanker. Bij patiënten met meerdere afwijkingen bestaat er een relatie met arseengebruik vele jaren geleden. Arseen werd vroeger toegepast bij de behandeling van psoriasis en bloedarmoede (inname via de mond). Ook bevatte bepaalde dranken, likeur en drinkwater vroeger veel arseen.
2. De verschijnselen
Het gaat hierbij om een langzaam groeiende huidafwijking die op iedere plaats van het lichaam (zowel huid- als slijmvliezen) kan voorkomen. De voorkeursplaatsen zijn echter de romp, het gelaat (voorhoofd, slapen) en de vingers. Meestal zijn er slechts 1 of 2 afwijkingen, soms zijn er meerdere tegelijk. We zien vrij scherp begrensde roodschilferende grillige plekken die kunnen lijken op psoriasis. Echter de schilfering voelt vaster aan. De grootte is wisselend, tussen de 2 tot 5 mm tot 5- 10 cm in doorsnede. Normaal ontstaat er in de plek zelf geen zweertje (zoals bij het plaveiselcelcarcinoom). Wanneer dit wel optreedt moet men bedacht zijn op een plaatselijke doorgroei van de tumor.
3. De diagnose
De diagnose dient gesteld te worden met een huidbiopsie, omdat er vele goedaardige huidafwijkingen (psoriasis en eczeem) bestaan die op de ziekte van Bowen kunnen lijken. Een huidbiopsie is ook van belang om een beginnende doorgroei (naar diepere delen van de huid) en een andere type huidkanker zoals het basaalcelcarcinoom uit te sluiten.
4. De behandeling
Er bestaan verschillende behandelvormen. De keuze hangt af van de grootte en lokalisatie van de plek.
Photodynamische therapie (PDT), is een vrij nieuwe behandelmethode met voor de patiënt aantrekkelijke cosmetische resultaten. Op de tumor wordt een crème bevattende een lichtgevoelige stof (methyl aminolevuline zuur (MAL) of 5-amino-levuline zuur (ALA)) aangebracht. Deze stof wordt vrij selectief door de tumorcellen opgenomen. Na een inwerkingperiode van een aantal uren wordt de huidtumor belicht met een lichtbundel met een golflengte, gelegen in het zichtbare lichtspectrum. In het belichte huiddeel vindt er vervolgens een reactie plaats waardoor het tumorweefsel te gronde gaat.
Andere behandelopties zijn excisie (wegsnijden), cryotherapie (bevriezen met vloeibare stikstof) en radiotherapie (bestraling). Minder populaire behandelingen zijn onder meer elektrocoagulatie (wegbranden),een crème dat 5-fluorouracil bevat (een cytostaticum) en een crème dat imiquimod bevat. Bij deze behandelvormen is de kans op terugkeer van de vlek meestal groter dan bij een excisie.
Wat kan je zelf eraan doen?
Er bestaan geen maatregelen om het natuurlijk beloop van de ziekte van Bowen te beïnvloeden. Zonbeschermende maatregelen kunnen verdere zonneschade aan de huid voorkomen maar niet het ontstaan van een nieuwe ziekte van Bowen.
5. De vooruitzichten
Hoewel de ziekte van Bowen langzaam groeit ontstaat er vroeg of laat een huidkanker (plaveiselcelcarcinoom). Dit type huidkanker kan ook naar de lymfeklieren uitzaaien. Bij patiënten met langdurige arseengebruik in het verleden zijn ook andere kankers beschreven zoals die aan de luchtwegen, het maagdarmkanaal en de urinewegen (bron: huidarts.com).